terug

Wat wordt bedoeld met modelen (hardop denkend voordoen)?

Voordoen, demonstreren als didactisch instrument wordt ‘modelen’ genoemd. Modelen voert terug op het meester-gezelprincipe. Vroeger werden (ambachtelijke) beroepen geleerd doordat de meester aan zijn gezel voordeed wat hij moest doen: de meester liet zien hoe hij een bepaalde vaardigheid uitvoerde en zijn leerling deed hem stap voor stap na.

Bij het modelen van begrijpend lezen en andere cognitieve processen doet zich een probleem voor: de aan te leren activiteit speelt zich grotendeels in het hoofd af en is daarmee niet goed zichtbaar. Een leerling die beter wil leren begrijpend lezen kan dus niet simpelweg een ‘expertlezer’ observeren. De expertlezer kan dit proces echter wel zichtbaar maken door hardop denkend te lezen. Modelen bij begrijpend lezen doe je dan ook door de tekst hardop voor te lezen en tussentijds je gedachten bij de tekst te verwoorden, hardop een voorspelling te formuleren, een stukje tekst in eigen woorden samen te vatten, etcetera.

In de Nieuwsbegriplessen zet je modeling in om het actief lezen van een tekst te demonstreren. In de wekelijkse handleiding krijg je aanwijzingen voor het modelen van de inleiding van de tekst.

De volgende aandachtspunten zijn belangrijk voor een goede toepassing van het modelen:

  • Maak het echt
    Doe alsof je een echte lezer bent. Twijfel soms, corrigeer een fout, laat zien dat je doorzet: ‘Wat een ingewikkelde zin is dit. Zal ik hem maar gewoon overslaan? Nee, dat doe ik niet, want misschien wordt er wel iets belangrijks verteld en dan begrijp ik het verderop ook niet meer.’ Model bewust ook af en toe dat je iets níét (meteen) begrijpt en verwoord dan wat je gaat doen en waarom.

  • Richt je op het actief lezen
    Laat zien wat goede lezers bij complexe teksten doen: ze signaleren wanneer ze een onbekend woord tegenkomen, stellen een vraag (met hoe- of waarom) wanneer ze iets niet begrijpen, voorspellen wat ze verderop misschien zullen lezen, lezen soms een stukje opnieuw en houden af en toe pauze om even wat samen te vatten. Ook hardop denken over de schrijver (‘Volgens mij klopt het niet, wat de schrijver hier zegt.’) is effectief om leerlingen de houding van een actieve lezer bij te brengen. Model ook het vinden van een antwoord op een sleutelvraag.

  • Model niet te lang
    Geef een korte, duidelijke demonstratie die voor de leerlingen concretiseert wat actief lezen inhoudt. Lees daarbij slechts één alinea hardop denkend voor, bijvoorbeeld de inleiding van de tekst, of bij een tekst met langere alinea’s een deel van de eerste alinea. Bij een langere demonstratie verslapt de aandacht en blijft er mogelijk te weinig tekst over voor de leerlingen om zelf te oefenen met actief lezen.

  • Probeer aan te sluiten bij het denk- en voorkennisniveau van de leerlingen
    Het is belangrijk dat de leerlingen je gedachtegang kunnen volgen en je voorbeeld zien als iets dat zij ook kunnen. Bedenk dus van tevoren welke woorden, concepten of verbanden lastig zullen zijn voor de leerlingen en bij welke bekende informatie je tijdens het modelen kunt aansluiten.

Tot slot: maak duidelijk dat de leerlingen je niet letterlijk na moeten doen, maar wat je voordoet kunnen gebruiken bij een volgend stukje tekst. 

probeer nu:
2 maanden gratis!
Probeer 2 maanden gratis